De Erasmus School of Health Policy and Management (ESHPM) fungeert al meerdere jaren als partner van ons netwerk Generaties Ouderen (Genero). Op donderdag 9 november initieerde Oemar van der Woerd (postdoc HCG en het Erasmus Centrum voor Zorgbestuur) samen met Demi Timmers (participatieregisseur Genero) een bijeenkomst met een afvaardiging van Genero en de Raad van Ouderen (RvO) voor een nadere kennismaking en kennisdeling over onderzoek, beleidsontwikkelingen en praktijk aangaande de (ouderen)zorg. Hoe te zorgen voor toenemende ouderenpopulaties? Wat omvat vertegenwoordiging van ouderen in beleid en onderzoek? En hoe kunnen onderwijsvormen zich hiervoor lenen?
Aanleiding voor het bezoek was de uitnodiging vanuit Genero voor ESHPM om het adviesrapport ‘Zorgen om de ouderenzorg – ouderen op de drempel van de langdurige zorg’ te bespreken en verder te doordenken. Dit rapport bracht de RvO recentelijk uit, onder meer in reactie op het beleidsprogramma Wonen, Ondersteuning en Zorg voor Ouderen (WOZO) van demissionair minister Conny Helder gericht op het langer thuis wonen van ouderenpopulaties. Een prangend advies wat raakt aan verscheidende onderzoeksthema’s binnen verschillende secties van ESHPM (bijvoorbeeld het project ‘Medisch-generalistische zorg in de regio’ vanuit HCG).
Kennismaking met Genero en de Raad van Ouderen Bij het bezoek waren Robbert Huijsman (hoogleraar bij HSMO, bestuurslid Genero), Josje Kok (postdoc HCG over nieuwe toezichtsvormen), Mirjam Kalisvaart (PhD over toezichtsvormen in de ouderenzorg), Laura Polfliet (PhD over regiovorming van medisch-generalistische zorg), Marie-Jeanne Boltong (bestuurslid Genero en van de RvO) en Oemar aanwezig. Na een algemene kennismakingsronde gaf Robbert Huijsman een korte introductie van het belangrijke werk van zowel Genero als de Raad van Ouderen – en de wijze waarop ESHPM hier momenteel bij betrokken is en kan zijn.
Generaties Ouderen (Genero) is in 2008 opgericht binnen het Nationaal Programma Ouderenzorg. Het is een netwerk, actief in de regio Zuidwest Nederland, dat samen met ruim vijftig partners domeinoverstijgend opereert met als belangrijkste doel: wonen, welzijn en zorg van ouderen en mantelzorgers optimaliseren naar de behoeften van ouderen zelf. Het netwerk benut op verschillende manieren hun doe- en denkkracht, onder het motto ‘voor ouderen, dóór ouderen’. Er wordt door Genero onder andere geparticipeerd binnen verschillende onderzoeken vanuit ESHPM, zoals bijvoorbeeld ‘Samenwerken aan betere samenwerking’. Ook gaan de ouderen jaarlijks in gesprek met de studenten binnen het bacheloronderwijs, en dan met name de secties Health Care Governance en Sociaal Medische Wetenschappen.
De Raad van Ouderen bestaat dit jaar precies 5 jaar. In november 2018 stelde minister De Jonge van VWS: ‘Je kunt eindeloos over ouderen praten maar je kunt je beter door ze laten adviseren. We praten nog te veel over ouderen als een object van zorg terwijl ze steeds langer vitaal zijn en een belangrijk onderdeel van de samenleving vormen’. Vandaag de dag adviseert de RvO, gevraagd en ongevraagd, het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) en andere partijen die actief zijn in de ouderenzorg en vraagt aandacht voor relevante thema’s. De Raad bestaat uit ouderen die ook actief zijn in regionale en landelijke ouderennetwerken, waaronder Genero. Vanuit Genero nemen twee leden uit het Ouderen-en Mantelzorgforum deel in de Raad van Ouderen.
Zorgen om de ouderenzorg
Toen in juli 2022 het WOZO-beleidsprogramma van minister Helder werd gepresenteerd, werd naast vele veldpartijen ook de Raad van Ouderen gevraagd het plan te onderschrijven. De Raad koos er voor dit niet te doen; ze wilde onpartijdig blijven om haar adviserende rol goed te kunnen uitvoeren. Het WOZO gaat in de ogen van de Raad te veel over ouderen die nog goed in staat zijn hun leven zelfstandig vorm te geven, en te weinig over mensen die langdurige, 24-uurs zorg nodig hebben. Ze vreest dat de groter wordende groep kwetsbare ouderen nog verder tussen wal en schip vallen. Wat moet er in dat scenario dan met ouderen gebeuren? Het beleidsprogramma is dan wel door veel veldpartijen ondertekend, maar een concreet plan om het daadwerkelijk in praktijk te brengen, met bijbehorende financiële onderbouwing, ontbreekt. De RvO besloot om het plan niet te ondertekenen, maar wel om een ongevraagd advies te schrijven als reactie op het programma. Hierin doet de Raad aanbevelingen over het aantal benodigde intramurale verpleeghuisplaatsen, over het realiseren van gemeenschappelijke woonvormen, over het versterken van de huisartsenpraktijken en thuiszorg en de introductie van een ‘social service buddy’ voor alleenstaande kwetsbare ouderen. De Raad vindt dat organisatie, financiering, bemensing en bewustwording onvoldoende op orde in het beleidsprogramma om het WOZO in praktijk te brengen.
Zorgen voor generaties
Na de kennismaking met elkaar en de presentatie van het RvO-rapport was er ruimte voor discussie en kennisdeling. Zo liet Robbert weten dat het WOZO-beleidsprogramma een dappere poging is om minder op verpleeghuizen te focussen en andere vormen van zorg en ondersteuning te stimuleren. In verhouding met andere landen heeft Nederland namelijk veel verpleeghuisplekken. In antwoord hierop benoemt Marie-Jeanne dat maar 13% van de jongeren voor ouderen wilt zorgen, terwijl dat percentage in andere landen hoger ligt. Nederland is wat dat betreft individualistischer; dergelijke sociaal-culturele ontwikkelingen doen ertoe en zouden ook meer besproken moeten worden. Meer gesprek tussen verschillende generaties over ouder worden (en op welke verschillende manieren zorg en ondersteuning georganiseerd kan worden) is een concrete suggestie die wordt gedaan. Ook in het onderwijs van ESHPM zou daar aandacht voor kunnen worden georganiseerd.
Tot slot vertelt Marie-Jeanne dat ondanks de zorgelijke staat van de ouderenzorg, ze ook hoop haalt uit het feit dat dit adviesrapport meer aandacht heeft gekregen dan enig vorig rapport van de RvO. Het blijft ‘maar’ een advies. Hoewel het lastig bepalen is wat de impact hiervan zal zijn voor beleid en praktijk, stemt de ontstane reuring positief.
Het rapport van de Raad van Ouderen, ‘Zorg om de ouderenzorg – ouderen op de drempel van de langdurige zorg’, is te lezen via www.raadvanouderen.nl
Commenti